8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
Je activeert de voorkennis door de tabel met bijbehorende staafgrafiek compleet te maken. De getallen die missen in de tabel, kun je aflezen uit de grafiek. De staven die missen in de grafiek, kun je aflezen uit de tabel.
Bij welke dag hoort het hoogste aantal? En het laagste aantal?
Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat je het verschil in uitgedeelde boetes tussen 2 weken kunt berekenen als je een lijngrafiek begrijpt.
Leg uit wat een lijngrafiek is. Bespreek de eerste lijngrafiek. Leg uit dat op de horizontale as de jaartallen staan. Op de verticale as staan de aantallen. Op de verticale as staat × 1000. Dit betekent dat het getal wat er staat eigenlijk 1000 × zo veel is. Bespreek of er sprake is van een daling of een stijging. Bespreek de tweede lijngrafiek. Deze is meervoudig, waardoor je 2 lijnen ziet.
Wat betekent het getal ‘30’ eigenlijk op de verticale as in de lijngrafiek? (30.000)
Waar zou de eerste lijngrafiek over kunnen gaan?
Leg uit hoe je een lijngrafiek afleest. Als je wilt weten hoeveel mensen naar de bioscoop gingen in de maand april, ga je op de horizontale as op zoek naar ‘april’. Vervolgens ga je op zoek naar de rode lijn bij deze maand. Dan ga je kijken naar welk getal hierbij hoort op de verticale as, namelijk ‘25’. Benadruk dat je dit nog nog × 1000 moet doen. Als je wilt bepalen wanneer de meeste mensen naar de bioscoop gingen, ga je in de lijngrafiek op zoek naar het hoogste punt. Als je een daling tussen 2 punten gaat bepalen, trek je de aantallen van elkaar af. Oefen hiermee.
Hoe bepaal je het verschil in het aantal ballonvaarten van jongens tussen het laagste en hoogste aantal?
Is het verschil in hoogste en laagste aantal ballonvaarten groter bij jongens of bij meisjes?
Leg uit hoe je een staafgrafiek vergelijkt met een cirkeldiagram. Als je wilt bepalen welke cirkeldiagram er bij de grafiek hoort, moet je naar de kleuren kijken. In de staafgrafiek zie je dat er bij groep 5, dus de gele kleur, 60 leerlingen horen. Dat is het grootste aantal. In de cirkeldiagram moet geel dus ook het grootste gedeelte weergeven. Oefen hiermee.
Hoe bepaal je het verschil in aantal bestellingen op dinsdag?
Op welke dag is het verschil in bestellingen het grootst tussen Minodo’s en Happy Spain?
Controleer of de leerlingen begrijpen hoe ze rekenen met een lijngrafiek door te vragen wat er fout gaat.
Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les en de taak.
Herhaal de betekenis van lijngrafieken en bespreek de 2 voorbeelden. Benadruk dat je de getallen op de verticale as bij de eerste grafiek nog × 1000 moet doen. Oefen met het aflezen van en rekenen met een (meervoudige) lijngrafiek. Oefen vervolgens met het vergelijken van een tabel met een staafgrafiek.
Lees af in de staafgrafiek: op welke dag zijn de meeste tijdschriften verkocht? Hoeveel zijn dit er?
Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door te vragen hoe je het verschil in verkochte huizen bepaalt tussen 2 jaartallen. Laat de leerlingen vervolgens zelf een lijngrafiek tekenen over een sport, huisdieren of de verjaardagsmaanden. Maak per onderwerp een overzicht van het aantal kinderen uit de klas. Laat leerlingen een onderwerp kiezen en hier een lijngrafiek bij tekenen.
De digitale oplossingen van Gynzy zijn altijd een waardevolle aanvulling voor jouw basisschool. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.