8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
Je activeert de voorkennis door de afbeeldingen van kort naar lang te slepen.
Hoe bepaal je wat korter of langer is bij de afbeeldingen?
Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat als je kunt meten met natuurlijke maten, je de breedte van het huis kunt bepalen.
Leg uit dat als je meet, je voorwerpen met elkaar vergelijkt. Je kunt meten met meetinstrumenten, maar je kunt ook meten met andere voorwerpen.
Waarom is het handig om een lengte op te meten?
Bedenk een ander voorwerp waarmee je de lengte van een boek zou kunnen meten.
Leg uit hoe je een voorwerp met een natuurlijke maat kunt meten. Je legt hetgeen waarmee je meet op dezelfde lijn als het uiteinde van het voorwerp dat je wilt gaan meten. Verwijs naar de rode lijn onder de hand. Wanneer je het voorwerp wilt meten, kijk je hoe vaak jouw hand in de lengte van het boek past. De hand eindigt bij de blauwe streep. Je verschuift je hand boven de blauwe streep om te controleren of jouw hand nog een keer in de lengte van het boek past. Sleep de hand boven de blauwe streep en vertel dat de lengte van het boek gelijk is aan 2 handen. Doe hetzelfde voor de lengte van het boek met behulp van de vinger. Laat de leerlingen ook oefenen met het meten van het werkboek met behulp van de handen. Vervolgens leg je uit wat natuurlijke maten zijn. Bespreek de voorbeelden en vraag of leerlingen nog andere voorbeelden kunnen bedenken. Oefen vervolgens met het meten met natuurlijke maten. Vraag leerlingen eerst iets te bedenken wat ze kunnen meten met de handen, vingernagels en voeten. Oefen vervolgens met het meten met de handen van een muur in de klas, het digibord en de laptop.
Zou je eerder een potlood of een tafel meten met de vingernagel?
Met welke natuurlijke maat kun je nog meer het digibord handig meten?
Controleer of de leerlingen begrijpen hoe ze een voorwerp met een natuurlijke maat meten door te vragen welke stappen ze zetten bij het meten van de tafel met behulp van de voeten.
Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les.
Leg uit dat je door te meten voorwerpen vergelijkt op lengte. Je meet iets groots met een kleiner voorwerp. Leg uit dat als je meet met natuurlijke maten, je meet met bijvoorbeeld je handen of voeten. Laat leerlingen hun hand naast de tafel leggen. Laat ze de andere hand erboven leggen, passen er 2 handen in de lengte van de tafel? Concludeer met de leerlingen dat 2 handen dus korter zijn dan de lengte van de tafel. Bespreek dat je ook met andere natuurlijke maten kunt meten.
Draai vervolgens de draaischijven om te bepalen wat je meet en waarmee je het meet. De leerlingen gaan staan als de natuurlijke maat en het voorwerp bij elkaar passen. Ze hurken als het niet bij elkaar past. Als het bij elkaar past, laat je de leerlingen het meten.
Waarom is het niet handig om de boom op te meten met je vingernagel?
Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door ze te vragen wat er misgaat. Laat ze ook uitleggen hoe je de jas wel kunt meten met je handen. Vervolgens laat je de leerlingen een grotere ruimte meten door gestrekt achter elkaar te liggen. Dit kan bijvoorbeeld in het klaslokaal of in de speelzaal. Meet samen hoeveel kinderen er in de lengte van de zaal kunnen liggen.
De digitale oplossingen van Gynzy zijn altijd een waardevolle aanvulling voor jouw basisschool. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.