Woorden met ~ch(t)

Woorden met ~ch(t)

Open deze lesJe kan Gynzy gratis uitproberen.
Woorden met ~ch(t)
Teacher
Kids

8.000 scholen gebruiken Gynzy

92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy

1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy

Algemeen

Leerlingen leren woorden met ~ch(t) zoals vlucht, lach, wachtwoord en lichaam te herkennen en juist te spellen.

Belang

Bespreek met de leerlingen dat het belangrijk is om woorden met ~ch(t) op de juiste wijze te kunnen spellen. Bijvoorbeeld als je het verhaal op wilt schrijven.

Introductie

Je leest het introductieverhaal voor en benadrukt de onderstreepte woorden. Vervolgens bespreek je de woorden uit het verhaal. Bespreek welke klank je in ieder woord hoort. In ieder woord hoor je de klank /gt/.

Introductieverhaal

De vlecht van mijn nicht
Mijn nicht heeft een mooie vlecht gemaakt. Haar haar zit keurig recht. Ik probeer ook een vlecht in mijn haar te maken.
Ik zucht diep, wat een moeilijke opdracht. Het vlechten gaat echt niet zo goed.
Mijn nicht draait zich om doet het licht aan. Ze kijkt naar mijn haar. Ze lacht en zegt: Ach, het gaat niet slecht!

Instructie

Je legt de regels van de categorie uit. Hoor je /g/? Dan schrijf je soms ch. Hoor je /gt/ na een korte klank? Dan schrijf je soms cht. Behalve bij ligt, legt en zegt, dit zijn de uitzonderingen. De woorden bij deze categorie zijn weetwoorden, deze woorden moeten de leerlingen onthouden. Je legt ook uit wanneer je je licht of ligt schrijft. Vervolgens lees je samen met de leerlingen het introductieverhaal. Maak samen met de leerlingen de opdracht die bij het verhaal hoort. Door de kleuren te gebruiken laat je zien dat je na een korte klank ~cht schrijft. De antwoorden vind je door de pagina naar beneden te schuiven. Je benadrukt in het memoryspel de korte klank en de letters ~cht. Ten slotte schrijven de leerlingen de woorden op. Je vraagt eerst of je een korte of lange klank hoort, daarna welke letters er dan onder de wolk moeten staan en je laat de leerlingen de woorden opschrijven. Je vraagt bij welke categorie de woorden 'vrucht' en 'specht' ook horen. Verwijs eventueel naar de wandkaarten van deze categorieën, je vindt deze ook wanneer je de pagina naar beneden schuift. Je benadrukt dat het altijd belangrijk is om de woorden te controleren nadat je ze hebt opgeschreven.

Inoefening

Eerst geven de leerlingen aan welke letters bij de klank horen. Vervolgens geven de leerlingen de juiste categorie bij het woord aan. Daarna moeten de leerlingen het woord afmaken en opschrijven.

Afsluiting

Je controleert of de leerlingen de spellingscategorie goed begrijpen en je vraagt naar de spellingsregel die bij deze woorden hoort. Je vraagt ook bij welke woorden deze regel niet geldt. Je laat de leerlingen verwoorden welke stappen ze moeten nemen om de woorden op de juiste wijze te kunnen spellen. Ten slotte geef je de dictees. Op de laatste pagina van de les vind je de woordenlijst van dit doel.

Dictee van de categorie:
1. De specht zoekt voedsel. Schrijf op: specht
2. Hij pikt een vrucht van de boom. Schrijf op: vrucht
3. De vrucht is rijp en zacht. Schrijf op: zacht
4. Schrijf de zin op: Wat een pech, de vrucht is op!

Gemengd dictee:
1. Ik loop langs de boom. Schrijf op: langs
2. Ik denk dat ik de specht zie. Schrijf op: denk
3. Zachtjes schuif ik weg. Schrijf op: schuif
4. Schrijf de zin op: Ik wil niet dat de specht schrikt.

Aandachtspunten

- Het visueel maken door de wandkaart op te hangen helpt bij het plaatsen van de weetwoorden. Hang de wandkaart op in de klas en verwijs naar de wandkaart wanneer je woorden ziet die horen bij deze categorie.
- Bij weetwoorden kun je niet horen hoe je het woord schrijft, het is daarom belangrijk dat leerlingen veel in aanraking komen met de woorden en de woorden kunnen plaatsen bij de juiste categorie.
- Met name bij de weetwoorden is het zeer belangrijk dat leerlingen de betekenis van de woorden kennen. Heb hier aandacht voor tijdens de instructieles. Je controleert of leerlingen woorden zoals tocht, gracht en vocht kunnen uitleggen.
- Woorden met ~ch(t) kunnen verkeerd worden gespeld. Het gevaar bestaat dat de leerlingen gt/ght schrijven in plaats van cht/ch. Daarnaast kunnen leerlingen lecht, zecht of licht schrijven in plaats van legt, ligt of zegt.

Over Gynzy

Gynzy maakt onderwijs makkelijker én leuker. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas. 

Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.

Naar de Gynzy homepage

Ga aan de slag met Gynzy!