Leerlijn Taal
Grammaticale kennis ⟩Werkwoorden
’t Kofschip-x
1F 5,6,7
Toelichting
’t Kofschip-x is een ezelsbruggetje dat je kunt gebruiken bij het vervoegen van zwakke werkwoorden in de verleden tijd en bij voltooide deelwoorden.
Als de stam (hele werkwoord -en) eindigt op een van de medeklinkers in ’t kofschip-x, dan krijgt het woord ~te(n) of ~t. Anders krijgt het woord ~de(n) of ~d.
Voorbeeld: dansen
- de stam van dansen is dans (dansen – en)
- dans eindigt op s
- de s zit in ‘t kofschip-x
- dans (ik-vorm) krijgt daarom ~te(n) of ~t
- dus het wordt danste(n) en gedanst
Maken wordt maakte(n) en gemaakt.
Zetten wordt zette(n) en gezet.
Let op: een werkwoord met een ik-vorm met ~t of ~d krijg aan het eind van een voltooid deelwoord nooit ~tt of ~dd.
Van oorsprong steunt het ezelsbruggetje op het principe van stemhebbende en stemloze klanken. De klanken die de medeklinkers in ’t kofschip-x vertegenwoordigen zijn stemloos en stemloze klanken worden gevolgd door een dito stemloze klank: t(e).
Voorbeeld
- dansen → danste(n) en gedanst
- krabben → krabde(n) en gekrabd
- hopen → hoopte(n) en gehoopt
- leven → leefde(n) en geleefd