8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
Je activeert de voorkennis door de leerlingen te laten berekenen hoeveel hele taarten de bakker moet maken. Het hele getal wordt vermenigvuldigd met het stuk taart (stambreuk).
Welk deel van de breuk blijft hetzelfde? (noemer)
Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat je weet hoeveel je voor de speelgoedauto moet betalen doordat je weet hoe je met kortingen moet rekenen.
Leg uit wat korting is. Korting is een percentage dat van de prijs van een product afgehaald wordt. Door korting hoef je minder te betalen. Bespreek waar de leerlingen korting gezien hebben.
Is een product goedkoper met 10% of 80% korting?
Hoeveel korting krijg je als er staat: 2 halen 1 betalen?
Leg vervolgens uit hoe je een kortingsbedrag berekent. De oude prijs is 100%. In het voorbeeld krijg je 25% korting. 100 : 4 = 25, dus de oude prijs wordt ook gedeeld door 4. 25% van 80 euro is 20 euro. Laat de leerlingen hiermee oefenen. Stimuleer ze om de procentstrook te gebruiken.
Bespreek hierna dat wanneer een kortingsbedrag berekend is, dit bedrag van de oude prijs afgetrokken moet worden om de nieuwe prijs te bepalen. Je berekent dus eerst het kortingsbedrag, vervolgens trek je dit van de oude prijs af. Laat de leerlingen hiermee oefenen.
Door welk getal deel je 200 euro?
Haal tweemaal 10% van 200 euro af. Is dit hetzelfde als 20% van 200 euro?
Ga hierna in op het berekenen van een kortingspercentage. Je begint met het berekenen van het kortingsbedrag. Dit bereken je door de oude prijs van de nieuwe prijs af te halen. Vervolgens bereken je met een verhoudingstabel welk percentage het kortingspercentage van de oude prijs is. Benadruk dat dezelfde rekenhandeling zowel boven als onder de tabel gedaan moet worden. Laat de leerlingen hierna oefenen met het berekenen van het kortingspercentage.
Wanneer is de koptelefoon goedkoperplus: Waarom is de koptelefoon niet gratis als je nog een keer 50% van de prijs afhaalt?
Controleer of de leerlingen begrijpen hoe ze rekenen met korting door te vragen waarom de berekening niet klopt. Bereken vervolgens hoeveel geld de jongen wel nodig heeft.
Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les en de taak.
Leg uit hoe je een kortingsbedrag berekent. De oude prijs is 100%. Deze staat ook ingevuld in de strook. Vervolgens moet het kortingsbedrag berekend worden. Je deelt de oude prijs door het aantal stukken in de strook. Laat de leerlingen hiermee oefenen, waarbij ze gebruik maken van de procentstroken.
Ga vervolgens in op het berekenen van de nieuwe prijs. Eerst bereken je het kortingsbedrag. Vervolgens wordt het kortingsbedrag afgetrokken van de oude prijs. Hierdoor vind je de nieuwe prijs. Laat de leerlingen hiermee oefenen.
Is de fiets goedkoper als je 25% of 25 euro korting krijgt?
Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door te vragen of de jongen genoeg geld heeft om de skelter te kopen. Vervolgens bepalen de leerlingen de nieuwe prijzen van de producten en slepen ze de nieuwe prijskaartjes naar de juiste plek.
De digitale oplossingen van Gynzy zijn altijd een waardevolle aanvulling voor jouw basisschool. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.