Groep 7, Blok 6, Week 3, Les 13

Groep 7, Blok 6, Week 3, Les 13

Open deze lesJe kunt Gynzy gratis uitproberen.
Teacher
Kids

8.000 scholen gebruiken Gynzy

92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy

1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy

Introductie

Je activeert de voorkennis over draai- en lijnsymmetrie. Laat de leerlingen de voorwerpen naar de juiste vorm van symmetrie slepen.

Welke voorwerpen in de klas zijn symmetrisch? Benoem of het lijn- of draaisymmetrisch is.

Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat er een patroon in de vloer zit en je dit patroon kunt afmaken als je weet hoe het patroon verder gaat.

Instructie

Screenshots handleiding
Leg uit wat een patroon is. Benadruk de term ‘motief’. Dit is het stuk dat telkens terugkeert, in dit geval het stuk dat binnen het patroon omlijnd is.

Waar in de klas zie je een patroon? Wat is het motief van dat patroon?
Als je de tweede rode kaars weghaalt, is het dan nog steeds een patroon?

Oefen hierna met het herkennen van het motief. Deze kennis passen de leerlingen toe bij het afmaken van patronen. Benadruk dat bij de windmolens draaisymmetrie te ontdekken is.
Screenshots handleiding
Ga hierna in op hoe patronen aangevuld moeten worden. Het is belangrijk dat de leerlingen eerst zien hoe lang het motief is. Dit motief herhaalt zich een aantal keer. In het rekenvoorbeeld bespreek je dat het motief zich eerst 4 keer herhaalt. De vijfde keer dat het motief zich herhaalt, staat weergegeven. Op dit motief tel je verder. Laat de leerlingen vervolgens oefenen met het aanvullen van patronen.

Wat is het motief als je de groene vlaggetjes vervangt voor oranje vlaggetjes?
Hoeveel verschillende soorten motieven van 3 kun je maken met deze 3 kleuren vlaggetjes?

Screenshots handleiding
Ga vervolgens in op het omvormen van figuren. In het blauwe en oranje vlak staan delen van een figuur die verschuifbaar zijn. Daarmee laat je zien hoe de losse vlakken omgevormd kunnen worden tot het gevraagde figuur.

Welke figuren kun je maken met de vlakken die niet tot ster omgevormd worden?

Controleer of de leerlingen begrijpen hoe figuren omgevormd worden door te vragen welke omvormingen juist of onjuist zijn. Bij juist gaan de leerlingen staan, bij onjuist blijven ze zitten.

Verwerking

Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les.

Verlengde instructie

Herhaal eerst wat een patroon is. Oefen hierna met het afmaken van het patroon. Vraag de leerlingen of ze het motief herkennen. De figuren aan de linkerkant zijn versleepbaar. Vul hiermee het motief in. Vul hierna het patroon aan. Laat de leerlingen het patroon met de paarse figuren in hun hoofd aanvullen tot de 16e vorm.

Verzin zelf een patroon met de verschillende figuren.

Bij het omvormen van de figuren zijn de vlakken in de blauwe en oranje hokken versleepbaar. Laat de leerlingen zien hoe de figuren omgevormd worden tot de driehoek en het vierkant.

Afsluiting

Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door te vragen welke stappen je moet zetten om tot de juiste oplossing te komen. Daarna spelen de leerlingen memory. De paren bestaan uit hele figuren en figuren die zijn opgedeeld in vlakken.

Over Gynzy

De digitale oplossingen van Gynzy zijn altijd een waardevolle aanvulling voor jouw basisschool. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas. 

Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.

Naar de Gynzy homepage

Ga aan de slag met Gynzy!