Groep 6, Blok 8, Week 3, Les 11
8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
Introductie
Je activeert de voorkennis door te oefenen met het schatten van de inhoud. Sleep naar elk vak 2 voorwerpen met dezelfde inhoud. Vraag of de leerlingen ook zelf voorwerpen kunnen bedenken met een inhoud in milliliter of centiliter (denk bijvoorbeeld aan een regendruppel van 1 milliliter of een eetlepel van 1 centiliter).
Waarom is het handig om te weten wat de inhoud van een voorwerp is?
Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat je kunt bepalen wat de inhoud is van meerdere bekers samen als je de inhoudsmaten kunt omrekenen.
Instructie
Herhaal dat liter, deciliter, centiliter en milliliter maten zijn om inhoud mee uit te drukken. Benoem per inhoudsmaat de afkorting en de referentiemaat. Zo past in een pak melk 1 liter. Benadruk dat 1 liter hetzelfde is als 1000 milliliter. Er zitten dus 1000 druppels melk in een pak melk van 1 liter.
Waar kom je inhoudsmaten tegen in het dagelijks leven?
Leg uit of een fles met 1 liter water hetzelfde is als een bak met 1000 milliliter yoghurt.
Leg uit dat je een maatbeker afleest door te kijken tot welke streep het water komt. Let daarbij op de verdeling van de strepen. Zo staat bij de eerste maatbeker een kleine streep voor 50 milliliter, bij de tweede voor 10 centiliter en bij de derde voor 1 deciliter.
Vervolgens oefenen de leerlingen met het aflezen van een maatbeker. Soms staan er meerdere maten op de maatbeker. Zo staan er ook liters op de maatbeker met de centiliters. 120 centiliter is hetzelfde als 1 liter en 20 centiliter.
Vervolgens leg je uit hoe je een inhoudsmaat omrekent met behulp van het metriek stelsel. Daarbij geef je aan welke maat je hebt en welke maat je wilt weten. Benadruk dat je soms meerdere sprongen van 10 maakt. Oefen vervolgens met het omrekenen.
Door welk getal deel je als je 1 sprong maakt van cl naar l?
Bedenk een verhaalsom waarbij je een inhoudsmaat door 100 moet delen.
Oefen daarna met een verhaalsom met inhoudsmaten. Kijk eerst of het gaat om een vermenigvuldiging of een deling. Vervolgens reken je de inhoudsmaat om en reken je de som uit.
Controleer of de leerlingen begrijpen hoe je (om)rekent met inhoudsmaten door te vragen wat er fout is gegaan. 2 liter is 200 centiliter, dus je kunt 4 glazen vullen.
Verwerking
Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les en de taak.
Verlengde instructie
Herhaal wat liters, deciliters, centiliters en milliliters zijn aan de hand van de referentiematen. Daarna bespreek je hoe je een maatbeker afleest. Klik op de husselknop van de maatbeker of bepaal zelf de inhoud door de pijl te slepen. Geef aan tot welke streep het water komt en laat de leerlingen hiermee oefenen.
Daarna laat je zien hoe je inhoudsmaten omrekent, waarbij je sprongen in het metriek stelsel maakt. Oefen hiermee.
Hoeveel milliliter is hetzelfde als 3 deciliter?
Bespreek vervolgens hoe je een verhaalsom met inhoudsmaten oplost en oefen hiermee.
Afsluiting
Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door te vragen hoe ze bepalen hoeveel centiliter ze nodig hebben om de glazen te vullen. Daarna verdeel je de klas in 2 teams en speel je boter, kaas en eieren. Om de beurt kiest een team een vak en rekent iedereen binnen dat team de inhoudsmaat om. Kies 1 leerling die zijn uitkomst noemt. Als de uitkomst goed is, mag de leerling een rondje of kruisje in dat vak zetten.
Ontdek meer!
Over Gynzy
De digitale oplossingen van Gynzy zijn altijd een waardevolle aanvulling voor jouw basisschool. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.