Tijd aangeven op digitale klok met 10 en 5 minuten in hoge tijden

Tijd aangeven op digitale klok met 10 en 5 minuten in hoge tijden

Open deze lesJe kan Gynzy gratis uitproberen.
Tijd aangeven op digitale klok met 10 en 5 minuten in hoge tijden
Teacher
Kids

8.000 scholen gebruiken Gynzy

92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy

1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy

Algemeen

De leerlingen leren de tijd aan te geven op de digitale klok met 10 en 5 minuten in hoge tijden.

Belang

Het is belangrijk dat de leerlingen de tijd kunnen aangeven op de digitale klok met 10 en 5 minuten in hoge tijden, omdat ze zo kunnen laten zien hoe laat het is.

Introductie

De leerlingen luisteren naar de tijd en zetten vervolgens de tijd op de digitale klok.

Instructie

Eerst bespreek je het belang van het kunnen aangeven van de tijd op de digitale klok met 10 en 5 minuten in hoge uren. Leg uit dat de eerste twee cijfers voor de dubbele punt, bij sommige klokken een enkele punt, de uren aangeven. De twee cijfers na de dubbele punt geven de minuten aan. Geef aan dat je met een digitale klok kunt aangeven of het ochtend, middag, avond of nacht is. Vervolgens leg je uit dat de digitale klok uit lage en hoge uren bestaat. Laat de lijn zien met de uren erop. Laat zien dat je na 12 uur opnieuw begint met tellen bij 1 uur, maar op de digitale klok zie je dan 13 uur. Daarna leg je uit dat een dag 24 uren heeft, maar je na 23:00 weer opnieuw begint met tellen (0:00). Om te weten hoe laat het is in hoge tijden op de digitale klok, leg je uit dat je van een hoge tijd 12 uur af haalt. Laat zien hoe je van 13:10 12 uur afhaalt en 1 uur en 10 minuten overhoudt. Het is dus 10 minuten over 1 in de middag. Leg uit dat een uur uit 60 minuten bestaat, een half uur uit 30 minuten bestaat en een kwartier uit 15 minuten. Laat met behulp van de klok zien dat het 7 uren zijn en 5 minuten. Het is dus 5 minuten over 7 uur, oftewel 5 over 7. Leg uit dat je bij tijden met 5 en 10 voor de minuten terugtelt van het hele uur. Je haalt dus 5 of 10 minuten van de 60 minuten af. Je komt dan op 55 of 50 minuten uit. Bij 5 en 10 over tel je 5 of 10 minuten verder dan het hele uur. Je komt dan op 5 of 10 minuten uit. Dit is dan 5 of 10 over. Leg vervolgens 5 en 10 minuten voor half en over half uit. Benadruk dat je nu telt vanaf een half uur (30 minuten). In de volgende opgave zetten de leerlingen de klokken op het juiste aan minuten. Vervolgens maken de leerlingen opgaven, waarin ze de juiste tijd moeten aangeven met behulp van de instelbare digitale klok.

Controleer of de leerlingen de tijden met 10 en 5 minuten in hoge tijden op de digitale klok kunnen aangeven door hen de volgende vragen te stellen:
- Waarom is het handig om te kunnen klokkijken?
- Hoe spreek je tijden met 55 en 35 minuten uit? (5 voor ... en 5 over half ...)

Inoefening

De leerlingen oefenen met het zetten van de tijden op de instelbare digitale klok.

Afsluiting

Bespreek nogmaals met de leerlingen dat het belangrijk is om de tijd te kunnen aangeven op de digitale klok met 10 en 5 minuten in hoge tijden, omdat ze zo kunnen laten zien hoe laat het is. In de laatste oefening zetten de leerlingen de digitale klokken in iedere stap 10 of 5 minuten vooruit of achteruit. Welke tijd staat er na de laatste stap op de klok?

Aandachtspunten

Laat leerlingen die moeite hebben met het aflezen van de 10 en 5 minuten op de digitale klok oefenen met een digitale klok, waarbij ze eerst het aflezen en zetten van hele uren, halve uren en kwartieren oefenen en daarna het aflezen en zetten van tijden met 10 en 5 minuten.

Instructiemateriaal

Digitale klokken.

Over Gynzy

Gynzy maakt onderwijs makkelijker én leuker. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas. 

Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.

Naar de Gynzy homepage

Ga aan de slag met Gynzy!