8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
Je start de les door de leerlingen sprongen van 10 te laten maken. Leg uit dat het tiental veranderd wanneer je sprongen van 10 maakt, leg uit dat de 1 in een 2 veranderd en laat de leerlingen daarna verder en terugtellen.
Hoeveel sprongen kan de pad nog terug maken vanaf 46?
Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat de verkoopster het tellen met sprongen van 10 handig vindt om erachter te komen hoeveel sokken ze in totaal heeft.
Herhaal dat als je verder of terugtelt, de eenheden niet veranderen. Wijs de getallen aan en vertel dat je de 6 eenheden behoudt als er sprongen van 10 gemaakt worden. Je houdt ook 2 eenheden als je vanaf 52 met sprongen van 10 terugtelt.
Leg uit hoe je verder telt met sprongen van 10. Geef aan dat de 5 niet veranderd wanneer je sprongen van 10 maakt. Tel verder van 35 naar 45, enzovoort. Oefen hiermee.
Vervolgens leg je uit dat de sprongen nu getekend moeten worden. Doe dit voor door 4 sprongen van erbij 10 te tekenen. Schrijf de tussenstappen op en vertel dat je weet dat de eenheden in alle stappen gelijk zijn. Oefen met het bepalen van het getal waar naar gesprongen wordt.
Leg uit hoe je erachter komt of je vanaf 65 ook 3 sprongen terug kunt maken.
Leg uit of je vanaf 65 ook 4 sprongen verder kunt maken.
Controleer of de leerlingen begrijpen hoe het maken van sprongen van 10 bij getallen tot en met 100 werkt door te vragen hoeveel sprongen er maximaal vanaf 76 gemaakt kunnen worden.
Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les en de taak.
Herhaal het verder tellen vanaf tienvouden. Leg uit dat je geen eenheden hebt en deze ook niet krijgt omdat 10 geen eenheden heeft. Daarom komen er ook geen eenheden bij.
Leg daarna uit hoe je terugtelt met sprongen van 10. Geef aan dat de 1 niet veranderd wanneer je sprongen van 10 maakt. Tel terug van 71 naar 61 enzovoorts en oefen hiermee.
Wat is het verschil tussen verder en terugtellen met sprongen van 10?
Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door te vragen wat belangrijk is bij het maken van sprongen van 10. Vraag specifiek naar het bepalen of je verder of terugtelt en het behouden van de eenheden.
Daarna maken de leerlingen in tweetallen de sprongen zoals op het digibord wordt bepaald. Klik op de draaischijven en op de husselknop om te bepalen wat er moet gebeuren.
Gynzy maakt onderwijs makkelijker én leuker. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.