8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
Je activeert de voorkennis door de leerlingen het getal 10 te laten splitsen. Klik op de husselknop om het getal aan te passen. Tel af voordat de leerlingen hardop het bijbehorende getal noemen.
Wat is het grootste getal dat je gebruikt bij het splitsen?
Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat je door optellen en aftrekken weet hoeveel tennisballen er in de bak overblijven nadat er een paar uitgaan of bijkomen.
Leg de inverse eigenschap uit door te vertellen dat je 5 rode erbij 4 blauwe stippen ziet, dus in totaal 9. Vervolgens sleep je de blauwe stippen weg en laat je zien dat je dan nog maar 5 stippen overhoudt. Daarna leg je de wisseleigenschap uit door eerst de rode bij de blauwe stippen op te tellen en dit vervolgens andersom te doen. Vertel dat het niet uitmaakt of je met de blauwe of de rode stippen begint. Wijs wanneer je het over optellen hebt het plusteken aan en vertel dat het bij optellen altijd meer wordt. Bij het spreken over aftrekken wijs je het minteken aan en vertel je dat het bij aftrekken altijd minder wordt.
Noem een optelsom en de wisselsom van deze optelsom.
Noem een som waarbij je de inverse eigenschap toepast.
Vervolgens wordt er geoefend met het splitsen van getallen. Leg uit dat je bij splitsen denkt aan het optellen tot het gegeven getal.
Daarna worden de geleerde eigenschappen toegepast bij het maken van sommen. Leg uit dat je ziet hoe de 7 gesplitst is en dat je zo ziet welke 2 optelsommen hierbij horen. Ook leg je uit dat je van de 7 er 3 afhaalt om 4 over te houden. Geef aan dat dit andersom ook mogelijk is, dan haal je 4 van de 7 af om 3 over te houden. Oefen vervolgens met het maken van sommen via de inverse- en wisseleigenschap.
Bedenk vier sommen met 3, 5 en 8.
Bedenk een situatie waarbij je sommen om moet vormen zoals je geoefend hebt.
Controleer of de leerlingen begrijpen wat de inverse- en wisseleigenschap inhoudt door te vragen of ze 4 verschillende sommen kunnen bedenken bij de bloemen. Vraag vervolgens aan de leerlingen hoe dit komt.
Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les en de taak.
Oefen met het splitsen van getallen, laat de leerlingen hiervoor gebruik maken van blokjes waardoor ze zien hoe de getallen gesplitst worden.
Leg uit wat de inverse eigenschap is door eerst de optelsom uit te leggen. Geef aan dat je de blokken uit de torens bij elkaar optelt. Sleep de toren van 3 blokjes weg om te laten zien wat er gebeurt als er wordt afgetrokken. Laat de leerlingen hiermee oefenen door ze 3 blokjes te geven. Laat de leerlingen een groepje van 2 en 1 maken en vraag de leerlingen om te laten zien hoe ze optellen en hoe ze ermee aftrekken.
Leg vervolgens uit hoe de wisseleigenschap werkt aan de hand van de gegeven voorbeelden. Laat de leerlingen de sommen maken met behulp van blokjes.
Daarna wordt er geoefend met het maken van sommen.
Wat is het verschil bij optellen en aftrekken?
Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door te vragen hoe ze van 1 som meerdere sommen maken. Daarna maken de leerlingen zo veel mogelijk sommen met als uitkomst 9. Leg uit dat de leerlingen zowel de som als het antwoord op moeten schrijven en dat ze moeten denken aan waar deze les mee geoefend is.
Gynzy maakt onderwijs makkelijker én leuker. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.