Groep 3, Blok 6, Week 3, Les 11

Groep 3, Blok 6, Week 3, Les 11

Open deze lesJe kan Gynzy gratis uitproberen.
Teacher
Kids

8.000 scholen gebruiken Gynzy

92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy

1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy

Introductie

Je activeert de voorkennis door de leerlingen rond te laten lopen in de klas, totdat ze ‘stop’ horen. Laat de leerlingen goed voor zich kijken. Wijs enkele leerlingen aan te omschrijven wat ze zien. Laat ze hierbij de woorden voorkant, bovenkant, zijkant en achterkant gebruiken. Vervolgens lopen ze weer verder tot ze ‘stop’ horen.

Welke aanzichten ken je al?

Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat een aanzicht iets zegt over wat je ziet van een voorwerp of een ruimte vanaf een bepaalde plek.

Instructie

Groep 3, Blok 6, Week 3, Les 11
Leg uit wat een aanzicht is. Vertel dat een aanzicht een bepaalde kant is van waar je een voorwerp of een ruimte bekijkt. In het voorbeeld kijkt de jongen naar de bank. Hij kijkt naar de zijkant van de bank. In het denkwolkje zie je wat hij ziet.

Waar moet je staan om de voorkant van de bank te zien?
Zie je vanaf beide zijkanten hetzelfde van de bank?

screenshots definitief groep 3 blok 6
Leg uit dat je verschillende aanzichten hebt, afhankelijk van waar je staat. Het meisje staat nu aan de zijkant van de bank. De jongen bij nummer 1 ziet de voorkant van de bank en de jongen bij nummer 2 ziet de andere zijkant van de bank.
Oefen vervolgens verder met het herkennen van verschillende aanzichten.

Wat is het verschil in aanzicht tussen kind 2 en 3?
Als een vogel vanuit de lucht naar de doos kijkt, hoe heet dat aanzicht dan?

Controleer of de leerlingen begrijpen hoe ze een aanzicht herkennen door ze te laten omschrijven wat een aanzicht betekent. Vraag ze hoe je het aanzicht van kind 1 noemt. Ziet kind 3 precies hetzelfde aanzicht?

Verwerking

Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les.

Verlengde instructie

Leg uit dat een aanzicht wordt bepaald door waar je staat ten opzichte van het voorwerp. Er staan 3 kinderen om de tent heen. Alle drie zien ze iets anders van de tent, dat is afhankelijk van waar ze staan.

Welk aanzicht van de glijbaan wordt niet bekeken door de kinderen?

Groep 3, Blok 6, Week 3, Les 11
Laat de leerlingen vervolgens verschillende aanzichten ervaren met behulp van een rugzak. Zet de rugzak in het midden van een kring op een tafel. Vraag de leerlingen goed te kijken naar de rugzak en één voor één te omschrijven wat ze zien. Draai vervolgens een kwartslag om de rugzak heen, zodat alle leerlingen een ander aanzicht van de rugzak krijgen. Beschrijf de verschillen. Draai rond totdat je weer op de plek staat waar je bent gestart. Oefen vervolgens met het herkennen van de aanzichten door op de juiste afbeelding te klikken.

Afsluiting

Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door ze te vragen welk dier het onderaanzicht van een trein ziet (bijvoorbeeld een mier of een slak). Vervolgens laat je de leerlingen aan elkaar de positie van een voorwerp beschrijven. Aan de hand van de positie kan de andere leerling raden om welk voorwerp het gaat.

Over Gynzy

Gynzy maakt onderwijs makkelijker én leuker. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas. 

Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.

Naar de Gynzy homepage

Ga aan de slag met Gynzy!