Groep 3, Blok 3, Week 3, Les 11
8.000 scholen gebruiken Gynzy
92.000 leerkrachten gebruiken Gynzy
1.600.000 leerlingen gebruiken Gynzy
Introductie
Je activeert de voorkennis door de hele uren op een analoge klok af te lezen.
Waar wijst de grote wijzer naar bij hele uren?
Benoem het lesdoel en het belang van de les. Bespreek dat het belangrijk is om de tijd af te kunnen lezen van de analoge klok, zodat je weet hoe laat het is.
Instructie
Leg uit dat de analoge klok rond is. De analoge klok heeft de cijfers 1 tot en met 12. Ook heeft het een grote en een kleine wijzer. De 12 staat altijd bovenaan. De 6 staat altijd onderaan.
Welke richting draaien de wijzers op?
Wat betekenen de kleine streepjes tussen de cijfers in?
Leg uit dat de grote wijzer bij halve uren altijd naar de 6 wijst. Wijs de grote wijzer aan. De kleine wijzer geeft aan welk uur het is. De kleine wijzer staat bij halve uren tussen twee cijfers in. Leg uit dat de kleine wijzer beweegt richting het volgende uur. Het halve uur gaat dus om het uur dat komen gaat. In het voorbeeld staat de kleine wijzer tussen de 12 en de 1. De kleine wijzer is onderweg naar de 1, het is dus half 1.
Leg uit dat de grote wijzer in een half uur van de 12 naar de 6 verplaatst. In een heel uur gaat de grote wijzer helemaal rond. Oefen met het bepalen van de halve uren op de analoge klok. Benoem daarbij eerst de grote wijzer en vervolgens de kleine wijzer.
Sleep vervolgens de klokken van vroeg naar laat.
Waar kijk je naar om te bepalen of het vroeger of later is?
Waar zou je de klok met de tijd half 3 plaatsen?
Oefen verder door op de juiste klok te klikken.
Controleer of de leerlingen begrijpen hoe ze halve uren aflezen op de analoge klok door te vragen waar de grote en de kleine wijzers staan bij halve uren.
Verwerking
Bespreek de voorbeeldopgaven om de leerlingen een beeld te geven van wat ze kunnen verwachten in de verwerking. Leerlingen die de verlengde instructie niet hoeven te volgen, gaan zelfstandig aan de slag met de verwerking van de les en de taak.
Verlengde instructie
Leg uit dat de grote wijzer bij halve uren altijd naar de 6 onderaan in de analoge klok wijst. De kleine wijzer staat tussen twee cijfers in. Het halve uur gaat over het cijfer waar de kleine wijzer naar toe beweegt. De kleine en grote wijzer draaien rechtsom. De grote wijzer draait in een heel uur helemaal rond. In een half uur draait de grote wijzer half rond, van de 12 naar de 6.
Oefen vervolgens met het slepen van vroeg naar laat. Benoem ook hier de draairichting van de wijzers op de klok. Daarna bepaal je hoe laat het is op de analoge klokken.
Wat geeft de kleine wijzer aan bij de halve uren?
Afsluiting
Je controleert of de leerlingen het lesdoel begrijpen door te vragen welke wijzer anders staat bij de verschillende halve uren. Vervolgens laat je de leerlingen de juiste tijd naar de juiste klok slepen.
Ontdek meer!
Over Gynzy
Gynzy maakt onderwijs makkelijker én leuker. Versterk je onderwijs met kant-en-klare lessen, activiteiten en hulpmiddelen. Hiermee bespaar je tijd die je weer in kunt zetten waar het er echt toe doet: voor de klas.
Gynzy geeft leerkrachten weer tijd om les te geven.