Gepast betalen van hele bedragen t/m 100 euro

Algemeen

Leerlingen kunnen hele geldbedragen met munten en biljetten tot en met 100 euro gepast betalen.

Belang

Het is belangrijk dat je hele geldbedragen tot en met 100 euro gepast kunt betalen, zodat je weet welke munten en biljetten je nodig hebt als je iets gaat kopen.

Introductie

De leerlingen proberen binnen 20 seconden een telrij op te schrijven.

Instructie

Bespreek met de leerlingen het belang van het gepast kunnen betalen van hele geldbedragen met munten en biljetten tot en met 100 euro. Oefen vervolgens samen met de leerlingen een aantal bedragen gepast te betalen. Je kunt de leerlingen bakjes met munten en biljetten geven, zodat ze tijdens de les zelf de bedragen op hun tafel kunnen leggen. Leg uit dat je, bij gepast betalen met zo min mogelijk munten, je eerst de grootste munt of biljet kiest die het dichtste bij het bedrag komt. Vervolgens kijk je welke munt of welk biljet daarna het grootste is die je kunt pakken. Bij 61 euro vertel je dat een biljet van 100 euro al teveel is, dus een biljet van 50 euro is het grootst. Daarna leg je er nog 1 biljet van 10 euro en 1 munt van 1 euro bij. Tel hardop de munten bij elkaar op. De volgende oefeningen kun je samen met de leerlingen maken. Benadruk dat ze eerst kijken wat de grootste munt of biljet is die ze kunnen gebruiken.

Om te controleren of leerlingen hele bedragen tot en met 100 euro gepast kunnen betalen, kun je de volgende vraag stellen:
- Hoe weet je welke munten of biljetten je moet kiezen om een bedrag samen te stellen?

Inoefening

De leerlingen oefenen met het gepast betalen van hele bedragen tot 100 euro. Eerst oefenen ze met een rond bedrag daarna met willekeurige bedragen.

Afsluiting

Je bespreekt met de leerlingen nog eens dat het belangrijk is om hele geldbedragen tot en met 100 euro gepast te kunnen betalen, omdat je zo weet welke munten of biljetten je nodig hebt als je iets gaat kopen. Als afsluiting slepen de leerlingen de biljetten en munten bij het juiste voorwerp, zodat er gepast betaald is met zo min mogelijk geldstukken.

Aandachtspunten

Laat leerlingen die moeite hebben met het gepast betalen van hele bedragen tot 100 euro eerst oefenen met het optellen tot en met 100. Als dat lukt kun je ze met munten en biljetten ronde bedragen laten leggen. Laat deze leerlingen de munten op tafel leggen om het visueel te maken.

Instructiemateriaal

Bakjes met munten (1 euro en 2 euro) en biljetten (5 euro, 10 euro, 20 euro, 50 euro en 100 euro).