Leerlijn Taal
Morfologie ⟩Woordvormen
Grondwoord
1F 4,5,6
Toelichting
Een grondwoord is de basis (de onvervoegde vorm) van een woord. Van grondwoorden kunnen Afleidingen (door Voorvoegsels & achtervoegsels), Samenstellingen, Meervouden, Bijvoeglijk naamwoorden en Verkleinwoorden worden gemaakt.
Bij het vervoegen van een grondwoord kan het zijn dat de spelling van het grondwoord verandert.
Rood (grondwoord) → rode (bijvoeglijk naamwoord)
Blad (grondwoord) → blaadje (verkleinwoord)
Het grondwoord heeft altijd een betekenis.
Voorbeeld
Afleiding: oneerlijk, belangrijk, gebergte
Samenstelling: lichtflits (licht & flits), drinkfles (drink & fles).
Meervoud: schoenen, sleutels, bladeren
Bijvoeglijk naamwoord: fijne, gele (geel, spelling is veranderd)
Verkleinwoord: kuikentje, armpje, pianootje (spelling is veranderd)