Leerlijn Taal
Stilistiek & Semantiek ⟩Taalbetekenis
Antoniem (tegenstelling)
1F 5,6,7
Toelichting
Antoniemen zijn woorden met tegengestelde betekenissen. Twee woorden betekenen dus het tegenovergestelde van elkaar.
Het kan ons helpen om het antoniem van een woord te horen om de betekenis van een woord te begrijpen.
Dit taaldoel gaat specifiek in op het ontdekken van het bestaan en de functie van antoniemen. In het woordenschatdoel Kennen van een antoniem oefenen leerlingen met antoniemen.
Voorbeeld
Donker – licht
Achterop – voorop
Authentiek – namaak
Antiek – modern
Praktisch – onpraktisch
Positief – negatief
Instructietip
Doe het tegenovergestelde. Doe als leerkracht iets en de leerlingen moeten het tegenovergestelde doen. Noem daarbij het woord en laat de leerlingen ook het antoniem ervan noemen.
Bijvoorbeeld: zacht praten – schreeuwen, omhoog kijken – omlaag kijken, bukken – springen, liggen – staan, loop vooruit – loop achteruit, lachen – huilen, loop langzaam – loop snel.